Marik Eijgenstein: Eigenaar zijn van je eigen probleem
Marik Eijgenstein (24) heeft MentalMotion opgericht om hen laagdrempelig te ondersteunen. Voor en door studenten, is het centrale motto.
Marik heeft dit jaar zijn studie Sociale wetenschappen afgerond, maar hij was al zeer actief op de universiteit. Tijdens zijn eerste jaar kwam corona om de hoek kijken wat op hem een grote impact had. Hij besloot zich met het welzijn van medestudenten bezig te houden als lid van de studentenvakbond VIDIUS. Dat heeft uiteindelijk geleid tot MentalMotion.
Marik zag dat er enorme wachtlijsten zijn voor jongeren met mentale vragen en dat hulp soms wel acht maanden op zich laat maken. Maar ook ondervond hij dat door zelf en samen met studiegenoten in actie te komen en initiatief te nemen dat klachten verdwijnen. Vaak is er dan helemaal geen hulpverlening nodig.
MentalMotion is een fysieke plek voor peer-to-peer en ervaringsdeskundig support. Doel is om studenten weerbaarder te maken en te voorkomen dat ze met professionele hulpverlening in aanraking komen. “Niet door ze een uitgestippeld traject te laten volgen, maar door ruimte te bieden om te doen wat prikkelt of sprankelt. Op te pakken waar je energie van krijgt.”
Marik: “Eigenaarschap zijn van je eigen probleem, vanuit eigen nieuwsgierigheid ontdekken, zelf doen wat nodig is en je eigen verantwoordelijkheid inzetten, dat werkt versterkend. En helemaal als je samen met anderen aan de slag gaat. We zijn allemaal sociale wezens.”
MentalMotion is gestart met een inlooplocatie nabij Utrecht CS, op maandag en vrijdag. Studenten van HU, UU en MBO en jongeren zijn welkom, ook internationals. Zonder oordeel of label kun je er een gesprek met medejongeren voeren. “Een gesprek dat op de eerste plaats oplucht”, benadrukt Marik.
MentalMotion gaat daarnaast twintig studenteninitiatieven ondersteunen. Ook willen ze aanwezig zijn op het IBB-terrein en het Utrecht Science Park. Daar meer bekend worden en interactie tot stand brengen.
Over twee jaar hoopt Marik op een merkbare impact in de zin van minder wachtlijsten. “Daarvoor moet het gewoon worden dat studenten en jongeren makkelijker met elkaar gaan praten over dingen die echt belangrijk voor ze zijn. Dat doen ze nu niet snel omdat ze denken de enigen te zijn. Of ze vrezen dat het teveel is voor de ander om te behappen. Of ze zijn bang dat mensen hen niet snappen. Met iemand praten is dus stap één.”